Racing Club International is geen vreemde naam voor mij, ik geef er immers al ruim een jaar commentaar en heb ook ongeveer een jaar terug hun maserati kampioenschap gewonnen. En met een gloednieuwe Le Mans Ultimate competitie was het tijd om weer eens te gaan racen bij de internationale race competitie.
Het is eigenlijk een warm-up voor het aanstande seizoen van de prestigueze VMS competitie wat zich ook richt op LMU, ik kon de keuze maken voor de meer soepelere hypercars of de robuste GT3’s. Die tweede vond ik toch iets beter bij mijn rijstijl passen. Helaas door de drukte van het schooljaar was ik gedwongen om de eerste twee races uit te zitten. En ook voor mijn eerste en dus de derde race in de competitie was er niet veel voorbereiding, sterker nog die voorbereiding begon enkele uren voor de race. Gelukkig kende ik Fuji door mijn ervaring (wat steeds beter begint te schijnen overigens) eigenlijk wel goed.
Maar zo goed dat ik op pole kwalificeerde met een voorsprong van 4 tienden, nee. Dat was een verassing. Achter mij kwalificeerde Christophe verstrepen, een rijder die ik nog ken uit mijn assetto corsa competitizione dagen, twee jaar terug reed hij (en nogsteeds) mee met vrijwel de besten en dus ook voor mij. Ik was daarom erg verrast dat de rollen omgedraaid werden op de vrijdag. De race zelf ging net zo soepel als de kwalificatie. Al kwam Christophe in de vroege fases van de race wel erg dichtbij, wist ik mijzelf koel te houden en won ik de race met een nette 12 seconde voorsprong.
Mijn tweede race in de competitie verliep niet zo dominant, wel nog succesvol. Mijn onderbuik vertelde al dat er iets niet zo lekker lag met mijn Mclaren op Portimao, wat het was, daar kwam ik pas later achter. Ik wist wat ik kon op Portimao. Toch kreeg ik het voor elkaar om 6 tienden langzamer te rijden in de kwalicatie, vergeleken met mijn persoonlijk beste tijd. Het is een klassiek wenkbrauw moment met een nerveus gevoel wat je niet makkelijk wegkrijgt. “hoe dan? Er gaat hier iets mis.” Achteraf klopte dat gevoel ook. Eerst de start.
Ik ben niet echt een man die altijd een goede start heeft, tenzij het moet. Wellicht kwam het door mijn ervaring dat ik na bocht 3 al aan de leiding lag, het gebeurde in iedergeval wel. Het duurde helaas niet heel lang voordat de snelste man op de baan, Ryan Gill, al achter mij reed. Uitkomende bocht 3 in ronde 6, hij had wat betere tractie en besloot zijn auto naast mij te laten rijden op het rechtestuk. Ik besloot ook niet het gevecht aan te gaan want ook de rijders achter mij waren alles behalve langzaam. Het viel mij al op in de kwalificatie dat ik al mijn tijd verloor, eigenlijk in de derde sector. De eerste sector was ook niet geweldig, maar dat wist ik van mijzelf. Ik was wel het snelste van iedereen in het bochtenwerk. Sector 2 dus. Vreemd, als je het snelst bent in de meeste bochten dan zou je dat van de rest in de ronde ook verwachten. Ik kwam er die race in iedergeval niet uit. Ik finishde die race ook als derde, met een nipt gat van 6 tienden naar p2. Achteraf kwam ik erachter dat de setup die ik gebruikte eigenlijk verouderd was en dat ik met een andere 3 tienden harder ging in sector 3 en 4 in sector 1. Tja, wat een verschil dat maakt. Gelukkig komt daardoor de zekerheid wel terug voor de volgende race. Die word overigens gereden in Sebring.